Selecteer een pagina

Ervaar jij een 4-uur dip?
Heb jij snaaihonger?
Last van migraine?
Ervaar je concentratieverlies?
Last van stemmingswisselingen?
Heb je een laag libido?
Last van acné, ontstekingen of eczeem?

Het zijn je hormonen!
En specifiek zijn bovengenoemde klachten te linken aan je (schommelende) bloedsuikerspiegel.

Onze hormonen regelen allerlei soorten processen in ons lichaam en zijn dus ook betrokken bij onze spijsvertering. Je kent misschien wel de hormonen leptine en ghreline als het honger en verzadigingshormoon. Maar insuline en glucagon zijn ook hormonen die helpen bij de spijsvertering. In onze spijsvertering worden alle koolhydraten afgebroken tot glucosemoleculen en vervolgens via onze darm opgenomen in onze bloedbaan. De hoeveelheid glucosemoleculen bepaalt de glucosewaarde oftewel de bloedsuikerspiegel. Je lichaam geeft het topprioriteit om de bloedsuikerspiegel altijd in balans te houden.

Hoe hoger de bloedsuiker des te meer insuline er moet worden aangemaakt.

Insuline zorgt ervoor dat glucose in onze cellen wordt opgenomen zodat we het kunnen omzetten in energie. Een deel van de glucose wordt opgeslagen als reservesuiker in onze spieren en lever om de tijden tussen het eten te overbruggen, of het wordt opgeslagen in vet.
Glucagon is het hormoon dat bij een tekort aan glucose de ‘reservesuiker’ weer omzet in glucose. Zo hebben we constant de beschikking over energie.

Wat doet insuline
Afbeelding: https://www.jdrf.nl/ 

Wanneer we snelle koolhydraten eten (suikers, wit brood, koekjes, witte pasta, witte rijst, vruchtensappen, frisdranken) wordt dit heel snel afgebroken in de darmen en opgenomen in de bloedbaan. Dit kan leiden tot een hoge bloedsuikerspiegel. Hierdoor moet de alvleesklier meer insuline aanmaken zodat dit snel weggewerkt kan worden. Het gevolg is dat er een snelle daling van de bloedsuiker optreedt.

Dit geeft klachten als:

  • Vermoeidheid
  • wazig zien
  • constant hongergevoel
  • stemmingswisselingen
  • hoofdpijn
  • concentratieverlies
  • trillerig of zweterig worden

Je bent dan geneigd om weer ‘snelle koolhydraten’ te eten waardoor je snel weer (tijdelijk) opknapt. De alvleesklier moet dan weer aan het werk en maakt een overmaat aan insuline aan. Een vicieuze cirkel. Gebeurt dit regelmatig dan raakt de alvleesklier overbelast.

Ook de insuline-receptoren die op de celwand zitten werken dan niet meer goed. Op dat moment word je insulineresistent. Dat leidt ertoe dat je vrijwel continue een hoog insulinegehalte in het bloed hebt en dat blokkeert de vetverbranding.

Wist je dat insuline naast de bloedsuikerspiegelverlagende werking ook ons vetopslaghormoon is? En vooral op de buik! Het zet overtollig suiker om in vet als de reservedepots in lever en spieren (nog) vol zijn. Deze depots spreken we pas aan bij beweging. Voeding rijk aan snelle koolhydraten/suikers kan dus zorgen voor overgewicht. En uiteindelijk kan het zelfs insulineresistentie of Diabetes type II veroorzaken.

Jasper Alblas - suiker-en-toename-lichaamsvet
Afbeelding: Jasperalblas.nl

Je hebt trouwens ook langzame koolhydraten (volkoren producten, groente, fruit, knollen, etc.) deze worden in onze spijsvertering langzamer opgenomen. Ook zorgen de vezels in deze producten voor een geleidelijke opname van de glucose in onze bloedbaan. De alvleesklier maakt in dit geval een hoeveelheid insuline aan die past bij de hoeveelheid koolhydraten en hoeft zich niet over de kop te werken om de suikers versneld weg te werken. Ook vezels uit groenten en fruit, zaden, pitten, eiwitten en goede vetten vertragen de opname van koolhydraten (glucose) in het bloed.

De maat om aan te geven hoe snel suikers uit een voedingsmiddel via de darm worden opgenomen in de bloedbaan heet glycemische index (GI). De glycemische lading (GL) houdt ook rekening met de hoeveelheid dat je van een voedingsmiddel binnen krijgt. Hier zijn lijstjes van gemaakt en in zo’n overzichtje kun je zien in welke mate voeding je bloedsuikerspiegel beïnvloedt. Maar dat is leuke informatie voor een volgende keer!

En belangrijk om te onthouden: als er één hormoon uit balans is heeft dit effect op de andere hormonen, ze werken namelijk allemaal samen.

Voor een goede hormoonbalans is het dus belangrijk die bloedsuikerspiegel stabiel te houden. Hierdoor voorkom je veel hormonale klachten. Dit kun je o.a. bereiken door je maaltijden te gebalanceerd samen te stellen met een goede mix van koolhydraten, vetten en eiwitten.

 

Vind je dit lastig en kun je hier wel wat hulp bij gebruiken? Stuur me een berichtje of plan een vrijblijvend kennismakingsgesprek in: https://fibevo.clientomgeving.nl/afspraak-maken/